Thallomys és un gènere de rosegadors de la subfamília dels murins, format per quatre espècies.[1]
Viuen a l'Àfrica Austral i l'Àfrica oriental, on viuen des d'Etiòpia i Somàlia fins a Angola i Sud-àfrica.[1] El seu hàbitat són els arbustos i altres hàbitats oberts, on sovint es troben les acàcies.[2] D'aquí prové el seu nom comú en altres llengües.[a]
Tenen a una longitud conjunta del cap i del cos que fa entre 12 i 16 centímetres, a més d'una cua que fa entre 13 i 21 centímetres de llargada. El seu pes oscil·lar entre 63 i 100 grams. El pelatge és de color gris groguenc o marró grisos a la part superior, mentre que és blanc al ventre i a les potes. Els pèls són bastant llargs.[2]
Poden escalar bé i construir els seus nius a les branques o en forats entre les arrels. En general, en un gran arbre hi viu un grup, format per com a màxim de dues parelles adultes i la seva descendència. El seu aliment consisteix en brots, fulles i sucs d'arbres, i de vegades insectes o fruites.[2]
Les espècies d'aquest gènere formen part de la Divisió Oenomys, dins la tribu dels arvicantinis. Les quatre espècies del gènere són:[1]
Excepte Thallomys shortridgei, del qual no és coneix en quin grau de perill es troba, atès que no s'ha fet cap observació recentment, segons la IUCN les altres tres espècies no estan en perill.[3]
Thallomys és un gènere de rosegadors de la subfamília dels murins, format per quatre espècies.
Die Akazienratten (Thallomys) sind eine Nagetiergattung aus der Gruppe der Altweltmäuse (Murinae). Die Gattung umfasst vier Arten.
Akazienratten erreichen eine Kopfrumpflänge von 12 bis 16 Zentimetern, hinzu kommt ein 13 bis 21 Zentimeter langer Schwanz. Das Gewicht beträgt 63 bis 100 Gramm. Ihre Haare sind eher lang, der Rücken ist gelbgrau bis graubraun gefärbt, wobei die Oberseite dunkler als die Flanken ist. Der Bauch ist weiß, ebenso die Pfoten.
Diese Nagetiere leben im östlichen und südlichen Afrika, ihr Verbreitungsgebiet erstreckt sich von Äthiopien und Somalia bis Angola und Südafrika. Ihr Lebensraum sind Buschländer und andere offene Habitate, häufig sind sie auf Akazien zu finden. Sie können gut klettern und bauen ihre Nester in den Astgabeln oder in Löchern im Wurzelwerk. Üblicherweise beherbergt ein großer Baum eine Gruppe dieser Tiere, die Gruppen bestehen aus höchstens zwei ausgewachsenen Paaren samt dem Nachwuchs. Ihre Nahrung besteht aus Knospen, Blättern und Baumsäften, manchmal auch Insekten oder Früchte.
Es werden vier Arten unterschieden:
Der Gefährdungsgrad von T. shortridgei ist unklar, da in jüngerer Zeit keine Sichtungen gemacht wurden, die übrigen drei Arten sind laut IUCN nicht gefährdet.
Systematisch sind die Akazienratten Teil der Oenomys-Gruppe innerhalb der Altweltmäuse.
Die Akazienratten (Thallomys) sind eine Nagetiergattung aus der Gruppe der Altweltmäuse (Murinae). Die Gattung umfasst vier Arten.
Akazienratten erreichen eine Kopfrumpflänge von 12 bis 16 Zentimetern, hinzu kommt ein 13 bis 21 Zentimeter langer Schwanz. Das Gewicht beträgt 63 bis 100 Gramm. Ihre Haare sind eher lang, der Rücken ist gelbgrau bis graubraun gefärbt, wobei die Oberseite dunkler als die Flanken ist. Der Bauch ist weiß, ebenso die Pfoten.
Diese Nagetiere leben im östlichen und südlichen Afrika, ihr Verbreitungsgebiet erstreckt sich von Äthiopien und Somalia bis Angola und Südafrika. Ihr Lebensraum sind Buschländer und andere offene Habitate, häufig sind sie auf Akazien zu finden. Sie können gut klettern und bauen ihre Nester in den Astgabeln oder in Löchern im Wurzelwerk. Üblicherweise beherbergt ein großer Baum eine Gruppe dieser Tiere, die Gruppen bestehen aus höchstens zwei ausgewachsenen Paaren samt dem Nachwuchs. Ihre Nahrung besteht aus Knospen, Blättern und Baumsäften, manchmal auch Insekten oder Früchte.
Es werden vier Arten unterschieden:
Thallomys loringi lebt in Kenia und Tansania. Thallomys nigricauda ist im südwestlichen Afrika beheimatet. Die (Eigentliche) Akazienratte (Thallomys paedulcus) bewohnt weite Teile des östlichen und südlichen Afrikas. Thallomys shortridgei kommt nur entlang des Oranje-Flusses in Südafrika vor.Der Gefährdungsgrad von T. shortridgei ist unklar, da in jüngerer Zeit keine Sichtungen gemacht wurden, die übrigen drei Arten sind laut IUCN nicht gefährdet.
Systematisch sind die Akazienratten Teil der Oenomys-Gruppe innerhalb der Altweltmäuse.
Thallomys is a genus of rodent in the family Muridae endemic to Africa.[1] It contains four species:
Thallomys is a genus of rodent in the family Muridae endemic to Africa. It contains four species:
Loring's rat (Thallomys loringi) Black-tailed tree rat (Thallomys nigricauda) Acacia rat (Thallomys paedulcus) Shortridge's rat (Thallomys shortridgei)Thallomys es un género de mamíferos roedores de la familia Muridae conocidos comúnmente como ratas de las acacias. Se encuentran en África meridional y oriental.
Se han descrito las siguientes especies:[1]
Thallomys es un género de mamíferos roedores de la familia Muridae conocidos comúnmente como ratas de las acacias. Se encuentran en África meridional y oriental.
Thallomys Muridae animalia familiako generoa da[1], karraskarien barruan sailkatua.
Thallomys Muridae animalia familiako generoa da, karraskarien barruan sailkatua.
Thallomys est un genre de rongeurs appelés rats des acacias, de la sous-famille des Murinés.
Ce genre comprend les espèces suivantes :
Thallomys est un genre de rongeurs appelés rats des acacias, de la sous-famille des Murinés.
Thallomys (Thomas, 1920) è un genere di Roditori della famiglia dei Muridi.
Al genere Thallomys appartengono roditori di piccole dimensioni, con lunghezza della testa e del corpo tra 120 e 170 mm, la lunghezza della coda tra 120 e 210 mm e un peso fino a 116 g.[1]
Il cranio ha le ossa inter-orbitali considerevolmente compresse e le creste sopra-orbitali ben sviluppate. La bolla timpanica è grande. I molari hanno una struttura delle cuspidi complessa.
Sono caratterizzati dalla seguente formula dentaria:
3 0 0 1 1 0 0 3 3 0 0 1 1 0 0 3 Totale: 16 1.Incisivi; 2.Canini; 3.Premolari; 4.Molari;La pelliccia è morbida. I piedi sono corti e larghi, adattati alla vita arboricola. Le dita sono alquanto corte, tranne il quinto dito che appare allungato. La coda è più lunga della testa e del corpo ed è ricoperta fittamente di peli e termina solitamente con un ciuffo. Le femmine hanno due paia di mammelle inguinali.
Questo genere è diffuso nell'Africa orientale e meridionale.
Il genere comprende 4 specie.[2]
Thallomys is een geslacht van knaagdieren uit de muizen en ratten van de Oude Wereld (Murinae) dat voorkomt van Zuid-Ethiopië en Zuid-Somalië tot West-Angola en Zuid-Afrika. Dit geslacht is eerder tot het ondergeslacht Aethomys van het geslacht Rattus gerekend. Later is duidelijk geworden dat Thallomys niet nauw verwant is aan Rattus; in plaats daarvan werd een verwantschap met het fossiele Europese geslacht Parapodemus voorgesteld. Nu worden ze met onder andere Oenomys, Thamnomys en Grammomys tot de Oenomys-divisie gerekend, maar de verwantschappen van dit geslacht zijn nog niet erg duidelijk.[1]
Deze dieren hebben een grijze vacht aan de bovenkant en een witte aan de onderkant. Ook de voeten zijn wit, maar de oren zijn bruin. De vacht is lang en dik. De vrij lange staart is zwart of bruin. De totale lengte bedraagt 28 tot 36 cm, de staartlengte 14 tot 19 cm en het gewicht 63 tot 160 gram.[2]
Thallomys-soorten komen voor op de savanne, waar ze grote bomen met gaten erin nodig hebben om in te nestelen. De dieren eten bladeren, twijgen, fruit, boombast en ander plantaardig materiaal; mogelijk eten ze ook insecten. Vrouwtjes krijgen twee tot vijf jongen per nest; jongen worden in de zomer geboren. De dieren bouwen nesten van twijgen in boomholtes. Deze nesten worden door tot acht dieren gedeeld.[2]
Er zijn vier soorten:[1]
Thallomys is een geslacht van knaagdieren uit de muizen en ratten van de Oude Wereld (Murinae) dat voorkomt van Zuid-Ethiopië en Zuid-Somalië tot West-Angola en Zuid-Afrika. Dit geslacht is eerder tot het ondergeslacht Aethomys van het geslacht Rattus gerekend. Later is duidelijk geworden dat Thallomys niet nauw verwant is aan Rattus; in plaats daarvan werd een verwantschap met het fossiele Europese geslacht Parapodemus voorgesteld. Nu worden ze met onder andere Oenomys, Thamnomys en Grammomys tot de Oenomys-divisie gerekend, maar de verwantschappen van dit geslacht zijn nog niet erg duidelijk.
Deze dieren hebben een grijze vacht aan de bovenkant en een witte aan de onderkant. Ook de voeten zijn wit, maar de oren zijn bruin. De vacht is lang en dik. De vrij lange staart is zwart of bruin. De totale lengte bedraagt 28 tot 36 cm, de staartlengte 14 tot 19 cm en het gewicht 63 tot 160 gram.
Thallomys-soorten komen voor op de savanne, waar ze grote bomen met gaten erin nodig hebben om in te nestelen. De dieren eten bladeren, twijgen, fruit, boombast en ander plantaardig materiaal; mogelijk eten ze ook insecten. Vrouwtjes krijgen twee tot vijf jongen per nest; jongen worden in de zomer geboren. De dieren bouwen nesten van twijgen in boomholtes. Deze nesten worden door tot acht dieren gedeeld.
Er zijn vier soorten:
Thallomys loringi (Oost-Kenia, Noord- en Oost-Tanzania) Thallomys nigricauda (Angola en Zuidoost-Zambia tot Noord-Zuid-Afrika) Thallomys paedulcus (Zuid-Ethiopië tot Noordoost-Zuid-Afrika) Thallomys shortridgei (Noord-Kaap in Zuid-Afrika)
Multimedia w Wikimedia Commons Akacjoszczur[3] (Thallomys) – rodzaj ssaka z podrodziny myszy (Murinae) w rodzinie myszowatych (Muridae).
Rodzaj obejmuje gatunki występujące w Afryce[4][3].
Thallomys: gr. θαλλoς thallos – gałązka; μυς mus, μυός muos – mysz[2].
Do rodzaju należą następujące gatunki[3][4]:
Akacjoszczur (Thallomys) – rodzaj ssaka z podrodziny myszy (Murinae) w rodzinie myszowatych (Muridae).
Thallomys é um gênero de roedores da família Muridae.
Thallomys[1] är ett släkte av däggdjur som ingår i familjen råttdjur.[1]
Individerna når en kroppslängd (huvud och bål) av 12 till 16 cm och en svanslängd av 13 till 21 cm. Vikten varierar mellan 63 och 100 gram. Den långa pälsen är antingen mjuk eller grov, beroende på art. Den har på ovansidan en gråbrun till gulbrun färg med en något mörkare rygg. Buken och extremiteterna är vita. Den långa svansen har vanligen en brun färg.[2]
Dessa gnagare vistas i buskskogar och skogar, ofta med akacior som dominerande växter. Individerna bygger bon av olika växtdelar på förgreningar eller i hålor mellan rötter. De letar vanligen sent på kvällen efter föda som utgörs av akaciornas unga skott, blad och naturgummi. Dessutom äts frön, bär, rötter och några få insekter.[2]
Thallomys bildar flockar som oftast består av ett eller två föräldrapar och deras ungar. Honor kan bara para sig under varma årstider. De har flera kullar per år med två till fem ungar per kull. Cirka en månad efter födelsen slutar honan med digivning. Med människans vård kan Thallomys leva 3,5 år.[2]
Thallomys shortridgei som har ett mindre utbredningsområde i nordvästra Sydafrika klassificeras av IUCN med kunskapsbrist (DD). Alla andra arter listas som livskraftig (LC).[3]
Arterna är nära släkt med andra råttdjur från Afrika och släktet räknas därför av Wilson & Reeder (2005) till den så kallade Oenomys-gruppen inom underfamiljen Murinae.[4]
Kladogram enligt Catalogue of Life[1], Wilson & Reeder (2005)[4] och IUCN[3]:
ThallomysThallomys loringi, centrala Kenya till norra Tanzania.
Thallomys nigricauda, från västra Angola över nästan hela Namibia och Botswana till norra Sydafrika.
Thallomys paedulcus, från södra Etiopien och centrala Somalia till Angola och nordöstra Sydafrika.
Thallomys shortridgei, nordvästra Sydafrika.
Thallomys là một chi động vật có vú trong họ Muridae, bộ Gặm nhấm. Chi này được Thomas miêu tả năm 1920.[1] Loài điển hình của chi này là Mus nigricauda Thomas, 1882.
Chi này gồm các loài:
Thallomys là một chi động vật có vú trong họ Muridae, bộ Gặm nhấm. Chi này được Thomas miêu tả năm 1920. Loài điển hình của chi này là Mus nigricauda Thomas, 1882.
青毛鼠屬（Thallomys），哺乳綱、囓齒目、鼠科的一屬，而與青毛鼠屬（青毛鼠）同科的動物尚有灌鼠屬（肯氏灌鼠）、裔鼠屬（裔鼠）、塔特鼠屬（塔特鼠）、扁顱鼠屬（刺扁顱鼠）等之數種哺乳動物。
아카시아쥐속(Thallomys)은 쥐과 쥐아과에 속하는 설치류 속 분류군이다.[1] 4종의 아프리카 토착종을 포함하고 있다.
작은 설치류로 꼬리 길이 120~210mm를 제외한 몸길이가 120~170mm이고, 몸무게는 최대 116g이다.[2]
Wikispecies har information om 
