De Myxozoa vormen een stam van de (meercellige) dieren. Het zijn microscopische parasitaire dieren. De naam myxozoa is afkomstig uit het Grieks en is samengesteld uit de woorden myx (slijm) en zoön (dier).
De Myxozoa hebben de aandacht op zich gevestigd omdat ze veel commerciële vis infecteren zoals zalm en forel. Veel Myxozoa hebben een levenscyclus met twee gastheren, een vis en een ringworm (Annelida) of mosdiertje (Bryozoa). Infectie vindt plaats door sporen die bestaan uit één of twee sporoblasten en één of twee capsules met uitsteeksels die zicht aan de gastheer hechten. De sporoblasten kruipen dan door de huid en ontwikkelen zich tot meerdere cellen met meerdere kernen. Hieruit kunnen zich weer nieuwe sporen ontwikkelen.
Oorspronkelijk werden de Myxozoa ingedeeld bij de protozoa, maar onderzoek heeft uitgewezen dat ze afstammen van meercelligen. Er zijn aanwijzingen voor verwantschap met de neteldieren. Op basis van onderzoek in 2002 aan de voorheen nergens ingedeelde wormachtige Buddenbrockia plumatellae, werd de conclusie getrokken dat dit dier tot de Myxozoa moet worden gerekend, en dat de Myxozoa tot de Bilateria behoren. Een extra aanwijzing daarvoor is dat Myxozoa hoxgenen bezitten, die verondersteld worden alleen in de Bilateria voor te komen.
De Myxozoa worden onderverdeeld in twee klassen:
De klasse Actinosporea is afgeschaft en wordt gezien als een specifieke verschijning in de levenscyclus van de Myxosporea.
De Myxozoa vormen een stam van de (meercellige) dieren. Het zijn microscopische parasitaire dieren. De naam myxozoa is afkomstig uit het Grieks en is samengesteld uit de woorden myx (slijm) en zoön (dier).