dcsimg

Associations

provided by BioImages, the virtual fieldguide, UK
In Great Britain and/or Ireland:
Foodplant / mycorrhiza / ectomycorrhiza
fruitbody of Amanita submembranacea is ectomycorrhizal with live root of Ectomycorrhizal trees and shrubs
Remarks: Other: uncertain

license
cc-by-nc-sa-3.0
copyright
BioImages
project
BioImages

123pilze.de ( German )

provided by EOL authors

Guidance for identification

license
cc-publicdomain
original
visit source
partner site
EOL authors

Grauhäutiger Scheidenstreifling ( German )

provided by wikipedia DE

Der Grauhäutige Scheidenstreifling oder kurz Grauhäutige Streifling (Amanita submembranacea) ist eine Pilzart aus der Familie der Wulstlingsverwandten (Amanitaceae).

Merkmale

 src=
Sporen des Grauhäutigen Scheidenstreiflings unter dem Lichtmikroskop
 src=
Hutoberfläche des Grauhäutigen Scheidenstreiflings mit der typischen Riefung am Rand und brüchigen Velumresten

Makroskopische Merkmale

Der Grauhäutige Streifling hat einen graubraunen gebuckelten Hut mit einem Durchmesser von 5 bis 12 cm. Der Hutrand ist auffallend gerieft. Auf den Hut kleben meist grauweiße Velumreste. Der Stiel ist etwas blasser als der Hut, doch nie reinweiß und besitzt eine beflockte Oberfläche. Die Stielbasis geht in eine weißgraue, abstehende Scheide über. Das Sporenpulver ist inamyloid.

Mikroskopische Merkmale

Die Sporen sind rundlich geformt. In den nie reinweißen Velumresten befinden sich neben den fädigen Hyphen auch etliche kugelförmige Elemente, wodurch sich die Art vom Grauen Scheidenstreifling (A. vaginata) unterscheidet. Dadurch ist das Velum brüchiger und bleibt öfter auf der Huthaut zurück.

Artabgrenzung

Die Art kann mit allen grau gefärbten Scheidenstreiflingen verwechselt werden.

Ökologie

Der Grauhäutige Scheidenstreifling erscheint von August bis Oktober im Gebirgsnadelwald auf saurem Boden.

Verbreitung

Die Datenbank Pilzkartierung 2000 Online enthält 70 Fundpunkte. Der nördlichste Fund liegt im Harz, der südlichste auf dem Fellhorn (Bayern). Das Bundesland mit den meisten Meldungen ist Bayern.[1]

Bedeutung

Der Pilz ist wie alle Scheidenstreiflinge essbar, aber nicht besonders schmackhaft.

Quellen

Literatur

  • Ewald Gerhardt: Der große BLV Pilzführer für unterwegs. Über 1200 Arten und über 1000 Farbfotos. 5. Auflage. BLV, München 2010, ISBN 978-3-8354-0644-5 (718 Seiten).

Einzelnachweise

  1. Deutsche Gesellschaft für Mykologie (DGfM): Pilzkartierung 2000 Online. Bearbeitet von Axel Schilling, Peter Dobbitsch. 2004, abgerufen am 1. August 2012.

Weblinks

 src=
– Album mit Bildern, Videos und Audiodateien
 src=
Bitte die Hinweise zum Pilzesammeln beachten!
 title=
license
cc-by-sa-3.0
copyright
Autoren und Herausgeber von Wikipedia
original
visit source
partner site
wikipedia DE

Grauhäutiger Scheidenstreifling: Brief Summary ( German )

provided by wikipedia DE

Der Grauhäutige Scheidenstreifling oder kurz Grauhäutige Streifling (Amanita submembranacea) ist eine Pilzart aus der Familie der Wulstlingsverwandten (Amanitaceae).

license
cc-by-sa-3.0
copyright
Autoren und Herausgeber von Wikipedia
original
visit source
partner site
wikipedia DE

Amanita submembranacea

provided by wikipedia EN

Amanita submembranacea is a species of fungi belonging to the family Amanitaceae.[1]

It is native to Europe and Northern America.[2]

References

  1. ^ "Amanita_submembranacea". www.mycobank.org. Retrieved 26 January 2021.
  2. ^ "Amanita submembranacea (Bon) Gröger". www.gbif.org. Retrieved 26 January 2021.
license
cc-by-sa-3.0
copyright
Wikipedia authors and editors
original
visit source
partner site
wikipedia EN

Amanita submembranacea: Brief Summary

provided by wikipedia EN

Amanita submembranacea is a species of fungi belonging to the family Amanitaceae.

It is native to Europe and Northern America.

license
cc-by-sa-3.0
copyright
Wikipedia authors and editors
original
visit source
partner site
wikipedia EN

Brokkelzakamaniet ( Dutch; Flemish )

provided by wikipedia NL

De brokkelzakamaniet (Amanita submembranacea) is een in België en Nederland zeldzaam voorkomende eetbare paddenstoel uit het geslacht der amanieten (Amanita). De soort wordt in België in Vlaanderen, Brussel en Wallonië als inheems (1a) beschouwd.[1] In België staat de brokkelamaniet dan ook niet op de Rode Lijst (status op 26/07/2011).[2]

Beschrijving

 src=
Onderzijde van de brokkelzakamaniet. De witte lamellen, kenmerkend voor amanietsoorten, zijn duidelijk te zien. Tevens zijn kortere lamellen, lamellulae genaamd, te zien.

De brokkelzakamaniet heeft een hoed die tussen de 5 en 12 cm diameter kan worden. De kleur is olijfachtig groen tot grijs met een aanvankelijk bleke rand. De hoedrand is (gevoord (gestreept). De streping verloopt over minder dan een kwart van de afstand rand-centrum.[3] Op de hoed zijn vaak grijze velumresten aanwezig.[4] De hoed kan een centraal bultje vertonen (umbo).[5]

De lamellen zijn wit en staan niet bijzonder dicht op elkaar. Ze hebben de neiging wat grijzig of bruinig te verkleuren bij het ouder worden. De lamellen liggen vrij van de steel. Er zijn tevens vrij veel kort lamellen (lamelulae) die bovendien ongelijk verdeeld zijn tussen de langere lamellen. Deze korte lamellen zijn enigszins afgeplat.[3]

De steel is bleker dan de hoed, maar niet wit.[4] De steel heeft geen ring.[6] De steel heeft grijsachtige schubjes. De beurs is schilferend en verbrokkeld met een wit tot grijze kleur.[6] Na het openbreken van de beurs, bij het tevoorschijn komen van de hoed, wordt de kleur snel grijs. Het uitzicht kan dan omschreven worden als een gecracqueleerd schilderdoek.[3]

De sporen zijn inamyloïd en rondachtig, (soms) ellipsoïde, met een grootte variërend tussen 9,5 en 11 µm.[4]

Voorkomen

De brokkelzakamaniet komt zowel voor in loof- als naaldbos in de maanden augustus-oktober op zurige leembodems.[4][5] Deze paddenstoel kan gevonden worden onder dennen, berken, lork of sparren.[3] In gebergtes kan de soort worden aangetroffen onder fijnsparren.[4]

Verwarring

De brokkelzakamaniet kan makkelijk verward worden met de prachtamaniet, de grijze slanke amaniet en de Amanita battare.

Externe links

Bronnen, noten en/of referenties
Wikimedia Commons Zie de categorie Amanita submembranacea van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
license
cc-by-sa-3.0
copyright
Wikipedia-auteurs en -editors
original
visit source
partner site
wikipedia NL

Brokkelzakamaniet: Brief Summary ( Dutch; Flemish )

provided by wikipedia NL

De brokkelzakamaniet (Amanita submembranacea) is een in België en Nederland zeldzaam voorkomende eetbare paddenstoel uit het geslacht der amanieten (Amanita). De soort wordt in België in Vlaanderen, Brussel en Wallonië als inheems (1a) beschouwd. In België staat de brokkelamaniet dan ook niet op de Rode Lijst (status op 26/07/2011).

license
cc-by-sa-3.0
copyright
Wikipedia-auteurs en -editors
original
visit source
partner site
wikipedia NL

Amanita submembranacea ( Pms )

provided by wikipedia PMS
Drapò piemontèis.png Vos an lenga piemontèisa Për amprende a dovré 'l sistema dle parlà locaj ch'a varda sì.

Capel fin a 8 cm., brun olivastr pì o men sombr, dle vire con un o doi tòch d'euv grisastr o brunastr ciàir. Lamele motobin s-ciasse, fil un pòch fiocos. Gamba àuta fin a 10 cm. e larga fin a 2 cm., da biancastra a legerment marcà ëd olivastr al pé. Euv da gris a brunastr ciàir, motobin fràgil.

Ambient

A chërs dzortut sota conìfere, ma ëdcò sota latifeuje; a l'ha pì car la montagna.

Comestibilità

WHMIS Class D-1.svg A venta mai mangé un bolè trovà se un a l'é nen un bon conossidor dij bolè!
A ven dàita për comestìbil.

Arferiment bibliogràfich për chi a veul fé dj'arserche pì ancreuse

  • Amanita submembranacea (Bon) Gröger
license
cc-by-sa-3.0
copyright
Wikipedia authors and editors
original
visit source
partner site
wikipedia PMS

Amanita submembranacea: Brief Summary ( Pms )

provided by wikipedia PMS

Capel fin a 8 cm., brun olivastr pì o men sombr, dle vire con un o doi tòch d'euv grisastr o brunastr ciàir. Lamele motobin s-ciasse, fil un pòch fiocos. Gamba àuta fin a 10 cm. e larga fin a 2 cm., da biancastra a legerment marcà ëd olivastr al pé. Euv da gris a brunastr ciàir, motobin fràgil.

Ambient

A chërs dzortut sota conìfere, ma ëdcò sota latifeuje; a l'ha pì car la montagna.

Comestibilità

WHMIS Class D-1.svg A venta mai mangé un bolè trovà se un a l'é nen un bon conossidor dij bolè!
A ven dàita për comestìbil.

license
cc-by-sa-3.0
copyright
Wikipedia authors and editors
original
visit source
partner site
wikipedia PMS

Muchomor brązowooliwkowy ( Polish )

provided by wikipedia POL
 src=
Kapelusz silnie prążkowany

Muchomor brązowooliwkowy (Amanita submembranacea (Bon) Gröger) – gatunek grzybów należący do rodziny muchomorowatych (Amanitaceae)[1].

Systematyka i nazewnictwo

Pozycja w klasyfikacji według Index Fungorum: Amanita, Amanitaceae, Agaricales, Agaricomycetidae, Agaricomycetes, Agaricomycotina, Basidiomycota, Fungi [1].

Po raz pierwszy takson ten zdiagnozował w 1975 r. Marcel Bon nadając mu nazwę Amanitopsis submembranacea. Obecną, uznaną przez Index Fungorum nazwę nadał mu w 1979 r. Frieder Gröger, przenosząc go do rodzaju Amanita[1].

Synonimy łacińskie:[2].

  • Amanita submembranacea var. bispora D.A. Reid 1987
  • Amanita submembranacea var. griseoargentata Contu 1986
  • Amanita submembranacea var. griseoargentea Contu 1986
  • Amanita submembranacea (Bon) Gröger 1979 var. submembranacea
  • Amanitopsis submembranacea Bon 1975

Nazwę polską podał Władysław Wojewoda w 2003 r[3].

Morfologia

Kapelusz

Średnica 4-8 cm, za młodu jajowato-dzwonkowaty, później łukowaty, na koniec płaski z niewielkim, tępym garbem. Brzegi ostre i prążkowane, u starszych okazów żłobione. Powierzchnia gładka w barwie od oliwkowobrązowej do szarobrązowej, lub żółta do czerwonobrązowej. Na środku znajduje się zazwyczaj duży szarobiały płat będący resztką osłony[4].

Blaszki

Wolne i szerokie, początkowo białe, później kremowe[4].

Trzon

Wysokość 5-11 cm, grubość do 1,2 cm, pusty i kruchy, walcowaty, dołem grubszy. Powierzchnia w kolorze kapelusza, w dolnej części pokryta białymi płatkami. Podstawa otoczona błoniastą pochwą, początkowo białą, później szarawą[4].

Miąższ

Biały, bez zapachu. Smak lekko orzechowy[4].

Wysyp zarodników

Biały. Zarodniki kuliste lub zbliżone do kulistego, o rozmiarach 10-14 μm[5].

Występowanie i siedlisko

Występuje w większości krajów Europy, ale jest rzadki[5]. W 1992 r. znaleziono go także na Alasce[6]. W Polsce częstość występowania i rozprzestrzenienie nie są znane. W piśmiennictwie naukowym do 2003 r. podano tylko jedno stanowisko (w Babiogórskim PN)[3].

Rośnie głównie w górskich lasach iglastych. Rośnie na kwaśnych glebach pod świerkami, jodłami, sosnami i modrzewiami[4]. W Polsce rozprzestrzenienie nie jest znane[4].

Znaczenie

Grzyb mikoryzowy[3]. Według niektórych źródeł jest grzybem trującym[4], według innych uważany jest za grzyba niejadalnego, jednak nie był nigdy poddany dokładnym badaniom[4][7].

Przypisy

  1. a b c Index Fungorum (ang.). [dostęp 2013-09-15].
  2. Species Fungorum (ang.). [dostęp 2013-09-20].
  3. a b c Władysław Wojewoda: Checklist of Polish Larger Basidiomycetes. Krytyczna lista wielkoowocnikowych grzybów podstawkowych Polski. Kraków: W. Szafer Institute of Botany, Polish Academy of Sciences, 2003. ISBN 83-89648-09-1.
  4. a b c d e f g h Pavol Škubla: Wielki atlas grzybów. Poznań: Elipsa, 2007. ISBN 978-83-245-9550-1.
  5. a b Amanita submembranacea (Bon) Gröger. [dostęp 2013-09-22].
  6. Discover Life Maps. [dostęp 2015-12-16].
  7. EwaldE. Gerhardt EwaldE., Grzyby – wielki ilustrowany przewodnik, StefanS. Łukomski (tłum.), Warszawa: Klub dla Ciebie – Bauer-Weltbild Media, 2006, s. 480, ISBN 83-7404-513-2, OCLC 836313700 .
license
cc-by-sa-3.0
copyright
Autorzy i redaktorzy Wikipedii
original
visit source
partner site
wikipedia POL

Muchomor brązowooliwkowy: Brief Summary ( Polish )

provided by wikipedia POL
 src= Kapelusz silnie prążkowany

Muchomor brązowooliwkowy (Amanita submembranacea (Bon) Gröger) – gatunek grzybów należący do rodziny muchomorowatych (Amanitaceae).

license
cc-by-sa-3.0
copyright
Autorzy i redaktorzy Wikipedii
original
visit source
partner site
wikipedia POL

Поплавок перепончатый ( Russian )

provided by wikipedia русскую Википедию
Латинское название Amanita submembranacea (Bon) Gröger, 1979 Синонимы:
  • Amanitopsis submembranacea Bon, 1975

wikispecies:
Систематика
на Викивидах

commons:
Изображения
на Викискладе

NCBI 619305

Поплаво́к перепо́нчатый (лат. Amanita submembranacea) — гриб из рода Мухомор семейства Аманитовые (Amanitaceae). Съедобность или токсические свойства этого гриба достоверно не известны.

Описание

Amanita spec. - Lindsey 7b.jpg

Шляпка диаметром 6—10 см, вначале ширококолокольчатая, затем от выпуклая до распростёртой, в середине толстомясистая, с небольшим бугорком, край с ясно выраженной рубчатостью. Кожица от серо-коричневой до тёмно-коричневой, с оливковым оттенком, в центре более тёмная, слабо слизистая, позже сухая.

Мякоть беловатая, на срезе не изменяется, без особого вкуса и запаха.

Ножка 10—15 см в высоту и 0,8—1,5 см в диаметре, цилиндрическая, у основания расширенная, полая. Поверхность в верхней части беловатая, ниже покрыта сероватым чешуйчатым или хлопьевидным налётом.

Пластинки беловатые, свободные, частые, расширенные в средней части, имеются пластиночки разных размеров.

Остатки покрывала: вольва хорошо выражена, свободная, лопастная, войлочно-перепончатая, серого цвета; кольцо на ножке отсутствует; в центре шляпки обычно есть плёнчатые обрывки.

Споровый порошок белый.

Микроскопические признаки: споры 9—13 мкм, округлые, гладкие; базидии двух- или четырёхспоровые, 40—65×14—20 мкм, булавовидные, тонкостенные; трама пластинок билатеральная, гифы цилиндрические, гладкие, неамилоидные, диаметром 8—12 мкм, без пряжек; гифы кожицы шляпки шириной 3—10 мкм, без пряжек, часто инкрустированы пигментом.

Разновидности

  • A. submembranacea var. submembranacea — основная форма (четырёхспоровая)
  • A. submembranacea var. bispora Reid, 1987 — с двуспоровыми базидиями и тёмно-коричневой шляпкой.

Экология и распространение

Растёт в горных хвойных лесах на кислых почвах, редок. Известен в Западной Европе (Британские острова, Скандинавия, Германия, Италия, Австрия) и в северной Африке (Марокко).

Сезон август — октябрь.

Сходные виды

Другие виды поплавка, все они условно-съедобны. От поплавка серого отличается по цвету и форме вольвы.

От других мухоморов легко отличается по отсутствию кольца.

Литература

  • Вассер С. П. Флора грибов Украины. Аманитальные грибы / отв. ред. К. А. Каламээс. — К.: «Наукова думка», 1992. — С. 147—150. — ISBN 5-12-003226-5.

Ссылки

 title=
license
cc-by-sa-3.0
copyright
Авторы и редакторы Википедии

Поплавок перепончатый: Brief Summary ( Russian )

provided by wikipedia русскую Википедию

Поплаво́к перепо́нчатый (лат. Amanita submembranacea) — гриб из рода Мухомор семейства Аманитовые (Amanitaceae). Съедобность или токсические свойства этого гриба достоверно не известны.

license
cc-by-sa-3.0
copyright
Авторы и редакторы Википедии